” Voordat we woorden leren is ons brein stil.” aldus Mo Gawdat in ‘De logica van geluk’. Aparte gedachte vind ik dat: helemaal stil in je hoofd zonder er bewust mee te zijn. Ik weet niet hoe het met jou is, maar die babbelbox in mijn hoofd staat doorgaans aan, het mag wat verschillen in volume en snelheid maar er zijn eigenlijk altijd gedachten.
Als baby voel je wel maar je hebt er geen gedachten over. Je voelt nattigheid of honger en vanuit dat ongenoegen komt geluid: hij gaat huilen. Maar je hebt hier geen gedachten over: er zijn nog geen woorden. Die leer je pas veel later. Eerst is er de visuele waarneming: het geruststellende gezicht van de ouders. En het auditieve: de lieve geluidjes. Maar nog steeds geen woorden: de geluiden hebben geen inhoudelijke betekenis, er is alleen de gevoelswarmte. Of koude natuurlijk, kan ook. Het is prettig. Of niet. Verder is het stil in het brein.
Met het leren van taal begint de onrust. Het (verkeerd) begrijpen. De zelfspraak, de babbelbox in je hoofd is officieel geopend. En je leert verschillende interpretatie mogelijkheden van eenzelfde woord of tekst. (Ooit las ik op een toiletdeur in een kroeg: ‘toen pissen plassen werd is het gezeik begonnen’ Nog weer later leer je je woorden afwegen: welke woorden drukken het best uit wat ik bedoel? En dan de stap die velen nog niet maken: het bedenken dat die ander heel andere gedachten kan hebben over dezelfde woorden….. er zijn altijd interpretatieverschillen.
Veruit de meeste onrust zit in die zelfspraak. Wat zeggen we in ons hoofd tegen onszelf? Zijn we zelf-stimulerend of zelf-veroordelend? Welke paniek zaaiende gedachten poppen op? Hoe drukker het in mijn hoofd wordt, hoe minder ik besef dat ik niet mijn gedachten bén, ik lijk mijn gedachten. Kermis in mijn kop. Maar: ik hèb gedachten, ik bén ze niet. Huh?
Daniel Kahneman benoemt in zijn boek ‘ons feilbare denken’ de 2 systemen van denken die we hebben: 1=het snelle/instinctieve/emotionele denken met daarnaast 2=het langzamere/bedachtzamere/logischer denken. Hij schrijft over fouten die we maken door een snelle inschatting van systeem1 die wordt gecorrigeerd door systeem2. Dat zijn dan die twee stemmen in je hoofd. Interessant gegeven.
Naast deze twee systemen werk ik graag met ‘de 3 gebieden van denken’ in het brein. Door Gawdat betiteld als De Eend, De Directie en De Poortwachter. Laat ik ze kort aan je voorstellen, wellicht ga je ze dan herkennen bij je eigen denken:
De Eend: dit gebiedje zit in je hoofd in de buurt van je stresswaakhond (de amygdala). De Eend kwaakt waarschuwingen: vergeet niet dit, denk aan dat, zij zal wel denken dat ik…., hij vind me vervelend, je bent een looser, dat het je niet goed gedaan. Over het algemeen zijn het gedachten die je eraan herinneren dat je ‘gevaar’ loopt. Je wordt er onrustig van als het gekwaak in je hoofd toeneemt. Niet fijn. De Eend heeft bovendien niet altijd gelijk!! Doel is dat je waakzaam blijft en daarbij passeren allerlei denkbare ‘gevaren’ de revue. Maar het is niet altijd zo, lang niet altijd zo. Ga je in iedere Eendengedachte mee dan ben je onnodig gestrest.
De Poortwachter: het aandachtsgebiedje in je brein. In scans is dit gebiedje aantoonbaar groter bij mensen die veel mediteren of bidden. Het is dus trainbaar, goed nieuws!! De Poortwachter observeert dat er een gedachte voor zijn poort staat en selecteert welke gedachte wel door mag en welke niet. “Hij zal wel denken”? Hm, dat was een niet helpende gedachte, hier ga ik niet op in. “Zij fronst?” Begrijpt ze wel wat ik bedoel, even checken. De Poortwachter beslist over welke gedachte je wel of niet verder gaat denken. Selectie aan de poort. Hiermee leer je voorkomen in een pieker-automatisme te verzanden want dan hobbel je achter alle Eenden-gedachten aan. Poortwachter hanteert de selectiecriteria die zijn op gesteld door De directie.
De Directie: of zoals gewaardeerde collega Marion stelt: De Directie van het Hoofdkantoor. Dit gebiedje zit vlak achter je voorhoofd in het ‘nieuwste’ gedeelte van het mensenbrein. Hier plannen we, organiseren we, denken we na over onze persoonlijke missie en visie. Daarmee bedenken we niet alleen wat we willen maar ook hoe we eraan willen werken om onze doelen te bereiken. Dat laatste is de instructie voor de Poortwachter: wat is helpend om te werken naar onze doelen? Belemmerende gedachten (ik kan het niet, het wordt nooit wat met mij) zouden bij de poort gekeerd moeten worden. Je kiest waar je aan wilt denken of liever waaraan je niet wilt denken. Ik noem dit ook wel ‘zindelijkheidstraining voor de mind’.
Nogmaals: je bént niet je gedachten je hébt ze. Daarmee lijken ze al een stuk meer stuurbaard. Soms lijkt het echter of de Poortwachter met groot verlof is en de Eend zijn hele familie heeft meegenomen. Kermis in mijn kop. Bij mij gebeurt dit soms als ik het erg druk heb met werk en er allerhande onaffigheden op me liggen te wachten. Natuurlijk is het dan ‘s nachts Eendenkermis, zal je altijd zien. Als ik wakker blijf liggen dan raakt die Eend steeds meer op stoom en zeker ‘s nachts lijken al die gedachten richting drama te gaan. Slapen lukt dan echt niet meer. Ik kan er dan beter maar uit gaan en iets doen want als het erg druk is in mijn hoofd is afleiding de enige optie. Uurtje kantoor opruimen is een goede.
Wat werkt bij jou het beste? Hoe train jij je Poortwachter?